In de voorbije dagen werd je overdonderd met berichten over AI, en de miraculeuze sprong voorwaarts die deze technologie gemaakt heeft. Met als resultaat de knappe prestaties van ChatGPT en andere AI tools.
Achter die wonderbaarlijke vooruitgang zit het bedrijf OpenAI, waarin Microsoft zwaar geïnvesteerd heeft. Maar waar blijft Google, is de grote vraag die zich opdringt? Want als er iets is wat bedreigd wordt door AI, is het de traditionele zoekmachine, de voornaamste inkomstenbron van Google. Het is voor de doorsnee gebruiker immers veel aantrekkelijker om een simpele vraag te stellen aan een AI, en een antwoord in mensentaal, zelfs de eigen taal te krijgen, dan de lijst met resultaten die Google en Bing je serveren.
De reden voor die voorzichtigheid is eenvoudig: Google vreest dat het meteen onder vuur zou komen te liggen omwille van copyright, privacy en antitrust redenen. En je kan Google goed begrijpen. Want verleden week hebben wij het al gehad over de verschillende aanklachten die ingediend zijn door fotostockbdrijven, door artiesten, door ontwikkelaars, omdat die AI gebaseerd is op grote modellen, een bestand van miljoenen voorbeelden waarin ook hun werk opgenomen is - vaak zonder hun toestemming.
Google vreest dan ook, niet zonder reden, dat het als groot bedrijf, meteen onder de loep genomen zal worden door de antitrust- en privacy-instanties wereldwijd.
Een humoristische noot: ChatGPT kan soms echt niet zo wonderlijk zijn als je zou denken. Dat vertelt dit artikel bij ZDNet, waarin de redacteur een "gesprek" aanging met ChatGPT. En niet bijkwam van het lachen. (2)
https://www.nytimes.com/2023/01/20/technology/google-chatgpt ...
https://www.zdnet.com/article/i-spent-an-hour-with-a-new-cha ...
|